In de zuidelijke Alpen ligt een zeer fraaie berg, de Col de Tende (Colle di Tenda) met een top van 1871 meter.

Beoordeling :
Deels onverhard , indrukwekkend landschap, prachtig uitzicht op de schitterende haarspeldbochten.

Land :
Regio : Alpes
Departement : Alpes-Maritimes, Cuneo

De Tendapas (Italiaans: Colle di Tenda / Frans: Colle de Tende ) ligt op de grens van Italië (provincie Cuneo) en Frankrijk (departement Alpes-Maritimes ).
Onder de pasweg door lopen twee 3,2 kilometer lange tunnels, een autotunnel en een tunnel voor de Tendaspoorlijn.

De tunnels zijn in 1882 geopend en zijn daarmee de oudste tunnels van de Alpen.
De tunnel voor het wegverkeer is echter erg smal (eenrichtingsverkeer) en van een niet al te beste kwaliteit.


De weg naar de Tendapas vanuit het noorden begint in het Italiaanse Borgo San Dalmazzo.
Na Limone Piemonte begint de weg te klimmen met ruim aangelegde haarspeldbochten.
Zes kilometer voorbij Limone is er de keuze tussen de tunnel of de pasweg.

De noordhelling van de Tendapas is smal, maar goed onderhouden en aangelegd.
Deze zijde telt 12 haarspeldbochten en heeft een lengte van 9 kilometer.
De laatste tientallen meters voor de pashoogte zijn niet meer geasfalteerd.

De afdaling naar het Franse Vallée de la Roya telt maar liefst 46 dicht op elkaar gelegen haarspeldbochten.
De zuidzijde is slechts gedeeltelijk geasfalteerd. De onderste 30 bochten zijn geasfalteerd, daarna is het onverhard.


Vanuit Tende:

Klimgeiten Index: 298
Top : 1871 m
Lengte : 15.9 km
Hoogteverschil : 1005 m
Gemiddeld stijgingspercentage : 6.3 %
Maximale stijging : 12 %
Haarspeldbochten : 46
Bijzonderheden : 30 bochten verhard, 16 bochten onverhard.

Vanuit Borgo San Dalmazzo:

Klimgeiten Index: 134
Top : 1871 m
Lengte : 32.5 km
Hoogteverschil : 1231 m
Gemiddeld stijgingspercentage : 3.8 %
Maximale stijging : 9 %
Haarspeldbochten : 12
Bijzonderheden : -


Wielerhistorie

De berg werd voor het eerst in de Tour de France bedwongen in 1953.
Eerste renner op de top was de Fransman Jean Robic.
Ook in 1961 werd nog een keer de col beklommen en was het de Italiaan Imerio Massignan die als eerste boven kwam.

In de Giro d'Italia werd 3 keer gebruik gemaakt van de Col de Tende.
Angelo Conterno (Ita) in 1961, Marzio Bruseghin (Ita) in 1998 en Ivan Basso (Ita) in 2005 kwamen hier als eerste door.

Foto's

Klik op foto voor meer foto's.

Kaart

Het verhaal

Road Baby

Speurend op het internet naar uitdagende beklimmingen viel mij een foto op van de Col de Tende (Colle di Tenda), een pas tussen Frankrijk en Italië.
De zuidkant (vanaf Frankrijk) is 18 km en telt 46 haarspeldbochten, maar er werd ook geschreven dat een deel hiervan onverhard was.
Normaal gesproken fiets ik alle bergen en passen op mijn racefiets en ik begon dit keer toch hevig te twijfelen.
Een oud-collega van mij, afkomstig uit Nieuw Zeeland, was een fervent mountainbiker en noemde mij een “ road baby ”, ofwel een watje.
Ik heb niet veel op met onverharde ondergrond, maar speciaal voor de Col de Tende had ik ook mijn MTB ingeladen voor onze fietsreis.

De klim begint net voor de Tende-tunnel aan de Franse kant.
Een smalle asfaltweg van redelijke kwaliteit begint links in een bocht van de doorgaande weg (E74).
Het is een weg waar niemand komt en dus heerlijk rustig. Al snel dienen de eerste haarspeldbochten zich aan. Er zullen er nog veel volgen.
Met een gemiddelde van net boven de 6% loopt de weg lekker omhoog en kom je makkelijk in je ritme.

Na 30 geasfalteerde bochten is het ineens over en verandert het wegdek in zand, gruis, en grote keien. Ik ben blij dat ik niet met de racefiets ben gegaan. Dit is werkelijk iets voor de MTB.
De boomgrens wordt gepasseerd en het uitzicht wordt steeds fraaier. Naar beneden zie je de weg als een slang door het groene landschap kruipen.
De laatste 16 bochten zijn onverhard en het voelt dan ook meteen zwaarder aan.

Thuis krijg ik dikwijls het verwijt dat ik alleen maar asfalt fotografeer, maar nu heb ik ook haarspeldbochten met zand en grind. Ik hoef me nu niet meer in allerlei bochten te wringen J . Hier kun je mee thuis komen.

Er staan verschillende verlaten forten op de berg en vanuit deze forten heb je steevast de mooiste uitzichten. Boven kun je nog naar de zijkanten van de berg om een mooi zicht te krijgen op de vele bochten. Adembenemend mooi.

Boven ontmoet ik de andere klimgeiten en die zijn allemaal enthousiast over deze klim. Een “ must do ”.

Thuis heb ik toch nog maar mijn oud-collega op LinkedIn opgezocht en een foto gestuurd van deze “road baby”.