De Großglockner is met een hoogte van 3798 meter de hoogste berg van Oostenrijk.
Via de Großglockner Hochalpenstraße, een tolweg van 47.8 km, kan men over deze berg. De weg verbindt de deelstaat Salzburg met Karinthië.

De weg reikt tot een hoogste punt Hochtor van 2504 meter.

Beoordeling :
Prima wegdek, indrukwekkend landschap, bochten genummerd en indikatie van hoogte en nog te rijden afstand.

Land :
Deelstaat : Salzburg, Karinthië
Wegnummer : 107

De Großglockner Hochalpenstraße verbindt de deelstaat Salzburg met Karinthië.
Midden in de tunnel bij de pashoogte Hochtor (2504 m) ligt de grens tussen beide deelstaten.

De bochten zijn genummerd vanaf de noordkant en loopt op van 1 naar uiteindelijk 27 aan het begin van de zuidkant.


Toen in 1924 een groep van Oostenrijkse experts voorstelde om een weg aan te leggen over de Hochtor werden ze uitgelachen vanwege het idee.
Toendertijd waren er in Oostenrijk, Duitsland en Italië samen slechts 154.000 mensen met een auto en slechts 92.000 motoren.
Oostenrijk zat nog steeds in een economische crisis na het verliezen van de Eerste Wereldoorlog.
Zelfs een bescheiden drie meter brede grindweg met overzichtelijke inhaalpunten leek een onmogelijkheid.
De impuls voor het alsnog aanleggen van de weg, die gemotoriseerd toerisme naar de Alpen moest trekken, kwam uit de beurscrash van de New Yorkse beurs in 1929.
Deze kwam als een grote klap aan bij het destijds arme Oostenrijk. Binnen drie jaar daalde de export met 25 procent.

De regering haalde de plannen voor de weg uit de onderste la om zo 3200 van de 520.000 werklozen aan het werk te kunnen zetten.
Inmiddels was het project ambitieuzer geworden en zou de weg zes meter breed worden om het "extreem grote" internationale verkeer aan te kunnen en de verwachte 120.000 bezoekers te verwerken.
Het plan voor de financiering was ook gebaseerd op deze bezoekersaantallen.
De regering zou het project betalen en het geld terug krijgen door tol te heffen op het gebruik ervan.

Op 30 augustus 1930 om 9:30 klonken de eerste explosieven in de Oostenrijkse Alpen.
Vier jaar later was het leger van arbeiders er in geslaagd om voor de eerste keer de Alpen over te laten steken in een auto.
Er is 870.000 m³ rots verplaatst tijdens de bouw van de weg.

Een jaar later, op 3 augustus 1935 werd de Großglockner Hochalpenstraße voor publiek opengesteld en een dag later volledig in gebruik genomen met een feestelijke internationale auto- en motorrace.
Inclusief het bouwen van de toeganswegen komen de kosten omgerekend naar vandaag de dag op 53,5 miljoen euro.

De planning hield rekening met 120.000 bezoekers in 1930, maar in 1938 waren er al 375.000 bezoekers in 98.000 auto's die de bergweg wilden berijden. Na de Tweede Wereldoorlog duurde het tot 1952 totdat dit record werd verbroken; in dit jaar kwamen er 412.000 bezoekers.
Met hoge groeicijfers werd een hoogtepunt gehaald in 1962: 1,3 miljoen bezoekers.

Met de opening van andere Alpenwegen in 1967 en 1975 veranderde de Großglockner Hochalpenstraße van de enige route dwars door de Alpen naar een excursieweg, vooral bereden vanwege de mooie uitzichten.
Stijgende bezoekersaantallen vroegen om modernisatie van de weg. In 1953 werd de weg verbreed naar 7,5 meter en werden het aantal parkeerplaatsen uitgebreid van 800 naar 4000. De capaciteit steeg zo naar 350.000 voertuigen per jaar.

De weg is in totaal 47,8 km lang en stijgt van 805 meter naar 2504 meter om vervolgens weer te dalen naar 1301 meter en uit te komen in het plaatsje Heiligenblut.


Vanuit Fusch:

Klimgeiten Index: 385
Top : 2504 m
Lengte : 33.6 km
Hoogteverschil : 1914 m
Gemiddeld stijgingspercentage : 5.2 %
Maximale stijging : 14.2 %
Haarspeldbochten : 17
Bijzonderheden : Bochten zijn genummerd van 1 tot 17.
Betonnen paaltjes geven de afgelegde afstand aan om de 100 meter.


Vanuit Winklern:

Klimgeiten Index: 385
Top : 2504 m
Lengte : 38.4 km
Hoogteverschil : 1533 m
Gemiddeld stijgingspercentage : 4.3 %
Maximale stijging : 15.6 %
Haarspeldbochten : 10
Bijzonderheden : Bochten zijn genummerd van 27 tot 18.
Betonnen paaltjes geven de afgelegde afstand aan om de 100 meter.


De bochten

nr: aanduiding op bord:
1 Piffalpe 1392 m
2 Piffalpe 1434 m
3 Piffalpe 1468 m
4 Piffalpe 1523 m
5 Lärchbach 1762 m
6 Lärchbach 1782 m
7 Hochmais 1916 m
8 Hochmais 1929 m
9 Hexenküche 2076 m
10 Hexenküche 2116 m
11 Hexenküche 2155 m
12 Oberes Naßfeld 2235 m
13 Oberes Naßfeld 2343 m
14 Oberes Naßfeld 2374 m
15 Fuscher Lacke 2275 m
16 Knappenstube 2275 m
17 Knappenstube 2457 m
18 Margrötzenhang 2462 m
19 Mesenaten 2336 m
20 Mesenaten 2282 m
21 Ahrnwinkel 2257 m
22 Zlamitzen 2055 m
23 Zlamitzen 2037 m
24 Zlamitzen 2016 m
25 Zlamitzen 1999 m
26 Tauernberg 1668 m
27 Fleisstal 1514 m

Wielerhistorie

De klim wordt bijna elk jaar gebruikt in de Ronde van Oostenrijk.
De renner die als eerste de top passeert wordt gekroond tot "Grossglocknerkönig".
In 2009 werd de Nederlandse wielrenner Koos Moerenhout gekroond tot Grossglocknerkönig.

In 1971 en 2011 zat de Grossglockner in het etappeschema van de Giro d'Italia.
De Italiaan Pierfranco Vianelli kwam als eerste door in 1971.
In 2011 was het Josè Rujano uit Venezuela die als eerste over de top kwam.

Foto's

Klik op foto voor meer foto's.
Links vanuit Winklern.
Rechts vanuit Fusch.

Kaart


Het verhaal

13 september 2017

Vanochtend een blauwe lucht en we kunnen de bergen allemaal zien.
We gaan over de Grossglockner naar Fusch, vanwaar we de noordkant van de Grossglockner willen fietsen.
Echter, halverwege mogen we met de auto's niet verder, omdat er nog sneeuw opgeruimd wordt.
Dan maar eerst een bak koffie op de Franz Josef Höhe.

Als we weer bij het afgesloten punt komen is het mannetje in het gele pak weg. We kunnen verder.
Het is druk op de weg. Alle toeristen pakken deze mooie dag aan voor een bezoekje.
Er ligt ongelovelijk veel sneeuw en we rijden gauw naar Fusch om te gaan fietsen. De benen jeuken.

De klim is een prachtige, maar tevens een hele pittige. Het blijft steeds rond de 10-11%.
De bochten zijn genummerd vanaf 1 en uiteraard zet ik alle borden op de foto.
Het landschap veranderd van groen naar wit en het wordt steeds fraaier.
Henk rijdt met zijn e-bike met mij mee en moedigd mij aan om de zware kilometers weg te trappen.
We klauteren naar de splitsing naar de Edelweissspitze.
Samen beginnen we aan de 2 kilometer kasseitjes naar de top op 2571 meter. Het uitzicht is "amazing".

Het is slechts 3 graden Celsius en we dalen rap af naar Fusch.
Inpakken en naar onze volgende bestemming in Zell am See.

Het was een heerlijke en memorable dag.


15 september 2012

Bij het ontbijt zie ik strakke gezichten en een aantal twijfelen nog over de gemaakte keuze.
Uiteindelijk stappen zo'n 20 fietsers in de bus om over de eerste horde, de Iselsbergpass, te rijden en vanuit Winklern de Hochtor te bedwingen.
Ik stap met de rest op de fiets en we beginnen aan de Iselsbergpass. Deze is lastiger dan ik op het grafiekje had gezien. Stukken van 12% en een lengte van 7 km.
Boven op de Iselsbergpass ben ik samen met Frank en Henkapie en we besluiten samen verder te rijden.
We zien in de verte 2 fietsers en dat zijn de klimgeiten Daniel en Johan-Kees.
Met vijven rijden we door Winklern richting Heiligenblut. Dit is een stuk vals plat van 20 km en in een groepje is dat lekker rijden.
In Heiligenblut begint de klim pas echt. We passeren mensen die vanuit de bus zijn gestart en komen na een paar heftige kilometers op een vlak gedeelte.
Hier is de splitsing naar de Franz-Josef-Hohe en de Hochtor.
Ook de auto met water en bananen staat hier en ik prop snel een banaan naar binnen.

Nu komt het meest lastige deel van de klim. Een paar kilometer met gemiddeldes van boven de 10% en ook nog een forse tegenwind.
Het uitzicht is adembenemend en er ligt steeds meer sneeuw. Ik bedenk dat hier 2 dagen geleden nog 30 cm sneeuw op de weg lag.
De bochten zijn genummerd van 27 naar 18. Aan de andere kant van de Hochtor lopen de nummers door van 17 naar 1.
Op zo'n 2 km onder de top is de tunnel te zien van de Hochtor.
Ik rijdt alleen en zie Frank niet ver achter me fietsen. Ik fotografeer me een slag in de ronde en geniet van het prachtige uitzicht.
Ik wacht op Frank en we rijden samen naar de top. Hier staat ons begeleidingsteam ons op te wachten met warme dekens.
Gelukkig heb ik veel kleren in mijn rugzak en trek dat snel aan.
Intussen is Johan-Kees ook boven en niet veel later volgen Daniel en Henkapie.
In de souvenirshop nemen we koffie en scoor ik nog een boek.

Ik daal af met Frank en zien we velen fietsers te voet. Ik moedig ze aan en lieg een beetje over de afstand die men nog moet fietsen.
We besluiten de Franz-Josef-Hohe ook nog te fietsen.
Dit is nog een klim van 8 km en voert naar de Grossglockner gletsjer.
Er zitten nog best een paar lastige stukken in de klim, maar ook hier is het uitzicht geweldig.
Boven kun je marmotten kijken en zijn shops en veel uitzichtpunten.
Ik geloof het wel en we duiken naar beneden. We komen Henkapie en Daniel tegen die ook besloten hebben om naar boven te rijden.
Terug in Heiligenblut wachten we op de anderen en weer met 5 rijden we terug naar Winklern.
Hier zien we de bus met veel mensen die nog op anderen wachten.
Wij rijden door naar Lienz en duiken meteen onder de douche.
Tijdens het diner komen de “sterke” verhalen en de avonturen. Wat een heerlijke dag.

Vandaag 125 km en 3000 hoogtemeters.


12 augustus 2009

Ik was 14 of 15 jaar toen ik met mijn ouders tijdens een vakantie in Oostenrijk met de auto de Grossglockner Hochalpenstrasse omhoog reed.
Een ploeterende racefietser trok mijn aandacht en vanaf dat moment nam ik me voor dat ik ook ooit eens deze reus per fiets zou beklimmen.
Destijds was ik helemaal nog niet met het fietsen bezig en al helemaal niet met fietsen in de bergen.
Ik had toen dus al een vooruitziende blik :)

Zo'n dertig jaar later stap ik in het dorpje Fusch op de fiets met als bestemming het hoogste punt van de Grossglockner Hochalpenstrasse, de Hochtor, gelegen op 2504 meter.
Na het dorp Fusch loopt de weg meteen fors omhoog.
Dit houdt aan tot aan de Mautstelle, het tolstation, waar iedereen behalve fietsers tol moeten betalen.
Het is opmerkelijk te zien hoeveel auto's en motoren hier naar boven willen en een behoorlijk aantal Euros neer moeten tellen.
De fietsers worden vakkundig middels een paar betonblokken om de tolpoorten gesluisd.

De weg loopt nu zo'n 13 km behoorlijk omhoog. De teller tikt regelmatig 13% aan.
Het is warm en gelukkig is er in het begin veel bos waardoor je nog enigzins in de schaduw kunt rijden.
Dan beginnen de eerste haarspeldbochten die genummerd zijn van 1 tot uiteindelijk 17.
De bochten hebben allemaal een naam en een indicatie van de hoogte.
De uitzichten zijn fantastisch en langzaam verdwijnen de bomen.
Boven de 2000 meter is het indrukwekkend mooi en ligt er nog redelijk wat sneeuw.

De eerste top ligt rond de 2428 meter bij een torentje, Füschertorl, en ligt gedeeltelijk in de wolken.

Als je naar het hoogste punt wilt, de Hochtor op 2504 m, dan moet je eerst weer een stuk dalen, door de Mittertörltunnel (117 meter lang op een hoogte van 2327 meter) en dan weer klimmen.
Op de pashoogte staat een tunnel van 300 meter.
Op de ingang van de tunnel staat de tekst "In Te Domine Speravi", wat betekent zoiets als "Heer, op u heb ik vertrouwd".
Het wemelt hier echt van de auto's en domme touristen die het nodig vinden om te keren op de weg zonder te kijken.
Wat een kermis en chaos. Snel foto's maken en afdalen.
Helaas moet je op de terugweg ook weer een flink stuk klimmen met passages van boven de 11 %.

Terug in Fusch staat op de teller uiteindelijk zo'n 65 km, 1865 hoogtemeters, max stijging 17%, min temperatuur van 17 ° en max temperatuur van 33°.