Zo'n 20 jaar geleden kwam het triple crankstel vanaf de mountainbike overgewaaid naar de racefiets.
De drie bladen voor waren een uitkomst voor iedereen die niet het talent heeft om fluitend een berg op te rijden.
De laatste jaren merk je evenwel dat steeds meer mensen weer voor twee voorbladen kiezen.
Het is enerzijds zo dat "triples" door sommigen fabrikanten niet meer gemaakt worden en anderzijds dat door de komst van 11-speed (11 tandwielen achter) en grotere cassettes er ook steeds meer mogelijkheden zijn.
Triple
Een "triple" is een crankstel met 3 tandwielbladen met meestal 52/39/30 tanden.
Voordeel is dat je dusdanige kleine verhoudingen kunt maken, zodat je zeker de berg soepel op kunt rijden.
Compact
Een "compact" is een crankstel met 2 tandwielbladen.
Deze laaste is niet te verwarren met het reguliere "dubbel" crankstel met 2 tandwielbladen.
Het verschil zit in de tandwiel verhouding.
Een"dubbel" crankstel heeft doorgaans tandwielen met 53/39 tanden en een "compact" crankstel heeft doorgaans 50/34 tanden.
Voordeel van een "compact" is dat het lichter is van gewicht en door de mindere afstand tussen de pedalen (Q-factor) heb je minder kans op knieproblemen.
Wat is nu de beste optie als je gaat fietsen in de bergen; een "triple" of een "compact" crankstel?
Sinds een paar jaar rijdt ik (en ook een groot aantal andere klimgeiten) met een compact crankstel en ik ben hier zeer tevreden over.
Voor de bergen monteer ik een andere set achtertandwielen met 28 als grootste tandwiel.
(tip: houdt een aparte ketting bij de tandwielset)
Hiermee kan een getrainde toerfietser vrijwel elke berg zonder problemen omhoog rijden.
De onderstaande tabel laat zien wat het verzet is bij de keuze van een "triple" of een "compact".
Dit kun je overigens ook zelf bereken op onze site (bereken verzet).
Zo zie je dat een 30x25 (triple) ongeveer evens soepel trapt als een 34x28 (compact). |